RIK SCHOOFS
° 28/05/1925 - +10/02/2006



Vèè zuiwe Schoverik oniêr aandoon meeste vèè neet op z'n minst probère iêver deze plat-könner uich int plat te sjri-jve. Mer om het lèèsbaar te hauwe, toch mer wi-jer int AN. Rik Schoofs, schoverik, is bijna heel zijn leven met taal bezig geweest. In zijn prille jeugd schreef hij al gedichtenbundels, later ook een roman en een driedelige bloemlezing voor het secundair onderwijs.

Zijn eerste job was die van redactiesecretaris van Het Belang van Limburg maar zijn echte roeping lag in het onderwijs. Als taalleraar en later als schooldirecteur had hij een bijzondere belangstelling voor de vertalingen, die de leerlingen maakten, en de briefjes, die kinderen mee naar school brachten als ze afwezig waren geweest. Niet om na te gaan of ze wel de waarheid spraken, wel om de taal die gebruikt werd. Hij kon er zich mateloos mee amuseren en bewaarde de mooiste exemplaren als echte schatten. "I make a breakfast" werd eens "Ik maak mijn broek los" en "Onze Jan kon gisteren niet naar school komen omdat hij de afgang had waarmee ik u hoop te bedanken".

Meer dan vreemde talen of het Algemeen Nederlands was het zijn moedertaal, het Breese dialect, dat hem bijzonder interesseerde. Hij was een voorvechter voor het behoud van het dialect en maande iedereen aan om tenminste thûs möt de keiner plat te kalle.

In oktober 1988 presenteerde Rik Schoofs de eerste uitgave van zijn dialectwoordenboek. Later volgden nog andere werken en een fotoboek. Tal van boeken en publicaties staan op zijn naam. Behalve aanvullingen op zijn Breese dialectwoordenboek verschenen ook pareltjes als Kal wi-j Kook en Vergèèt-maar-neet'sjes. Hij had zijn eigen radioprogramma bij de lokale zender Atlantis en hield regelmatig boeiende en erg gesmaakte vertelavonden in het dialect. Rik schreef artikelen over taal en dialect in Het Ezendröpke, het tijdschrift van de Breese Geschied- en Heemkundige Kring. Geschiedenis intereesrde hem ook bijzonder. Als eerste heeft hij de geschiedenis van Beek gebundeld, bestudeerd en uitgegeven in het boek Beek aan de Aa.

Behalve schrijver en dialectkenner was Rik ook een bekende Breeënaar die zich sociaal engageerde. Voor de Derde Leeftijd verzorgde hij mee de ledenblaadjes. Verzamelpunt bij uitstek voor dialectwoorden, zegswijzen en begrippen - zo zei hij zelf eens - was de wandelclub van de Derde Leeftijd. Rik werd samen met zijn echtgenote Christine Prinsepaar vanne dorde Jeugd.

Voor zijn inspanningen tot het behoud van de Breese taal werd Rik meermaals gelauwerd. Van de carnavalsvereniging de Kwaartsjeslummels kreeg hij het Guiwe Kwaartsje, hij werd door Road van Öllef enne Orde van de Breese Stoepluipers geridderd in de Orde van verdienste "Lachend Bree" en de Cultuurraad en het Breese stadsbestuur lauwerden hem met de prestigieuze cultuurprijs 'Schaal Giel Custers'. Tenslotte werd zijn werk als dialectoloog bijzonder geprezen en gewaardeerd door de Veldeke-kring een inter-Limburgse vereniging voor het behoud en de studie van de Limburgse dialecten.

Terug